Taal/lezen kern 6
Letters: g, au, ui, f, ei.
Woorden: mug, saus, muis, duif, geit.
Woordenschat: woorden als donkergroen, lichtblauw, sneeuwwit, knalrood
Werkwoorden als: tollen, trommelen, griezelen, wapperen, kriebelen, in-en uitpakken.
Uitdrukkingen als: de wijde wereld in gaan, het is mooi geweest, van geen ophouden weten.
Opa tovert alle letters van het alfabet uit zijn “alfapet”. Alle letters kennen we nu, we verzinnen zelf woorden en verhalen. Wat een feest!